“Lief zijn voor een ander, begint bij lief zijn voor jezelf!”

Chantal heeft te maken gehad met emotionele mishandeling en lichamelijk verwaarlozing. Zij wil graag haar verhaal delen om anderen te helpen.

‘’Ik maakte mee dat mijn vader een ongeluk kreeg toen ik 6 jaar oud was. Hier heeft hij een lichamelijke- en verstandelijke beperking aan over gehouden. Mijn moeder had een licht verstandelijke beperking, mentale problemen, had nergens zin in en lag veel in bed. Thuis was er ook niet veel geld en hierdoor kon ik niet overal aan meedoen. Ik heb geen verstandelijke beperking en omdat het mijn ouders vaak niet lukte om te doen wat nodig was nam ik veel volwassen dingen over zoals klusjes doen in huis, koken en voor mijn ouders zorgen.

Ik heb geen verstandelijke beperking en omdat het mijn ouders vaak niet lukte om te doen wat nodig was nam ik veel volwassen dingen over zoals klusjes doen in huis, koken en voor mijn ouders zorgen.

Doordat ik veel volwassen dingen over nam was er geen vrije tijd om leuke dingen voor mijzelf te doen en kon ik niet écht kind zijn. Ik dacht heel lang dat dit normaal was en wist ook niet hoe ik erover kon praten, dit had ik niet geleerd.

Ik kreeg vaak complimenten van volwassenen over wat ik deed. Hierdoor voelde ik mij goed en betekenisvol en had ik niet door dat ik in een situatie zat die niet zo hoorde te zijn. Leeftijdsgenoten hadden wel door dat er dingen gebeurde die niet zo horen te zijn en maakte hier ook vervelende opmerkingen over. 

Vaak voelde ik mij onzeker. Op school vond ik het moeilijk om mij te concentreren en dingen te leren. Ik had het nodig om erover te kunnen praten om mij veiliger te voelen en beter te kunnen concentreren en leren. 

Onze buurvrouw nodigde mij vaak uit om te komen spelen met haar kinderen die een stuk jonger waren. Ik kreeg dan ook eten en ze zorgde voor schone kleding. Ze sprak mijn ouders ook wel eens aan maar door de problemen van mijn ouders lukte het hun niet om daar iets mee te doen. Ik voelde mij hierdoor gesteund. Onze familie nam afstand omdat zij het gedrag van mijn ouders niet begrepen en niet wisten hoe ze hiermee om moesten gaan.

Onze buurvrouw nodigde mij vaak uit om te komen spelen met haar kinderen die een stuk jonger waren. Ik kreeg dan ook eten en ze zorgde voor schone kleding.

Vanaf de middelbare school werd mijn wereld groter en kwam ik op steeds meer plekken en ging ik steeds meer nadenken over de situatie waarin ik zat. Vaak dacht ik dat het allemaal aan mij lag. Toen ik 14/15 jaar oud was had ik depressieve gevoelens en wist ik nog steeds niet hoe ik over mijn situatie kon praten. 

Ook nu heb ik nog contact met onze buurvrouw van toen omdat zij voor mij een belangrijk steunfiguur was in die tijd. Ik heb de laatste jaren te maken gehad met somberheid, eenzaamheid en flash-backs. Dit is een stuk beter geworden door de therapieën die ik heb gehad. Ik heb nu een stabiel leven: een fijne thuissituatie, relatie en werk. Het lukt steeds beter om momentjes van geluk te ervaren en plannen te maken voor de toekomst. Vriendschappen aangaan en mezelf openstellen vind ik nog lastig, maar hier maak ik voorzichtig stapjes in. Door mijn jeugd heb ik moeite met mensen vertrouwen.

Ik heb therapie gehad en dat heeft mij geholpen om te begrijpen waardoor de situatie zo was en dat het niet aan mij lag. Ik heb nare gebeurtenissen kunnen verwerken, zodat de nachtmerries minder werden. Ik heb geleerd wat mijn triggers zijn en hoe ik ermee kan omgaan. Ik heb oude gewoontes kunnen vervangen door gezonde gewoontes. Ik heb geleerd wat mijn emoties zijn en hoe ik goed voor mezelf kan zorgen en mezelf opnieuw gevonden. De therapie heeft ervoor gezorgd dat ik minder vaak somber ben, beter kan slapen en concentreren en weer geluk kan voelen. Ik heb ook een KOPP-cursus gedaan en hierdoor heb ik geleerd dat mijn ouders het niet expres deden, dat ik niet te veel van ze kan verwachten en dat ik voor mezelf mag opkomen.

Het had mij kunnen helpen als mensen zonder oordeel hadden gevraagd wat hen opviel aan mijn ouders/thuissituatie en er hulp had kunnen komen voor mij en mijn ouders zodat wij samen konden begrijpen wat er gebeurde en wat er nodig was om de situatie beter te maken.

Het had mij kunnen helpen als mensen zonder oordeel hadden gevraagd wat hen opviel aan mijn ouders/thuissituatie en er hulp had kunnen komen voor mij en mijn ouders zodat wij samen konden begrijpen wat er gebeurde en wat er nodig was om de situatie beter te maken. Mijn ouders hadden niet door dat wat er thuis gebeurde ongezond was, want niemand was direct genoeg tegen ze. Mensen namen vooral afstand en dat is niet genoeg ‘hints’, te subtiel, om te begrijpen dat er iets moet veranderen. Een steunpersoon waarmee ik had kunnen praten en die leuke dingen met mij doet, zodat ik even kan ontsnappen aan de zorgen en gewoon kind kan zijn. 

‘’Zoek een steunpersoon die iets voor je kan betekenen. Het is nooit de schuld van een kind!’’ 

Dit verhaal is tot stand gekomen door Carefree in samenwerking met de jongeren van de Jongerentaskforce van Augeo.